Amnesty: Israël begaat oorlogsmisdaden

Israëlisch militairen en politieagenten gebruikten de afgelopen drie jaar op de Westelijke Jordaanoever onnodig en grof geweld en zijn verantwoordelijk voor het doden van tientallen Palestijnse burgers, onder wie kinderen. De daders blijven onbestraft, ondanks dat er in sommige gevallen bewijs bestaat dat de slachtoffers moedwillig zijn gedood en er dus sprake kan zijn van oorlogsmisdaden. Dat stelt Amnesty International in een donderdag gepresenteerd rapport over Israëlisch geweld in de Westelijke Jordaanoever.

In het rapport staan cijfers van de Verenigde Naties waaruit blijkt dat er in 2013 meer Palestijnen zijn gedood dan in 2011 en 2012 bij elkaar opgeteld. In totaal zijn er in de afgelopen drie jaar 45 Palestijnen gedood. Niet alleen burgers, maar ook journalisten, demonstranten en leden van mensenrechtenorganisaties. Meer dan 8.000 Palestijnen raakten gewond, onder wie 1.500 kinderen , waarvan 261 ernstig. De Israëlische ordetroepen maakten zich schuldig aan beschietingen met rubber beklede metalen kogels en het roekeloos gebruik van traangas. In alle gevallen die Amnesty onderzocht vormden de Palestijnen geen onmiddellijk gevaar voor de Israëliërs en toch werden zij gedood. Uit bewijsmateriaal blijkt namelijk dat vele slachtoffers in hun rug zijn geschoten.

Philip Luther, directeur Midden-Oosten van de organisatie, durft bijna te spreken van Israëlisch beleid:

,,Het aanhoudende en buitensporige geweld tegen vreedzame demonstranten op de Westelijke Jordaanoever door Israëlische troepen lijkt erop te duiden dat het hierbij om beleid gaat”

Het ter verantwoording roepen van de Israëliërs die de misdaden hebben begaan schiet niet op en Amnesty dringt dan ook opnieuw aan op transparant en onpartijdig onderzoek. Luther stelt dat militairen en politieagenten ervan doordrongen moeten zijn dat deze acties niet onbestraft zullen blijven.

cc foto: Kashfi Halford