Minister in Martin Luther King-lezing: 'We gaan de wet zo wijzigen dat het openbaar wordt als een bedrijf discrimineert, naming en shaming dus.'
Minister Lodewijk Asscher heeft zich donderdagavond fel uitgesproken tegen discriminatie in de jaarlijkse Martin Luther King-lezing. Zo wil hij de contracten met bedrijven die discrimineren verbreken en wil hij aan ‘naming en shaming’ gaan doen als bedrijven blijken te discrimineren.
In de lezing haalde hij de dochter van Martin Luther King aan, Yolanda, en zei:
Kijk je door haar ogen, dan zie je één zwarte pop tussen het speelgoed op de crèche van mijn kinderen. Je ziet dat de vrouwen in de reclames en op de foto’s van tijdschriften, bijna allemaal wit zijn. Dat de mensen die onze kranten volschrijven bijna allemaal een andere huidskleur hebben dan jij. Dat je een opleiding gaat doen en bijna alle docenten wit zijn.
Asscher maakt zich zorgen over de groter wordende kloof tussen allochtonen en autochtonen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Volgens hem is een jaar na afstuderen tien procent van de allochtone jongeren op zoek naar werk, terwijl dat bij de autochtone jongeren maar drie procent is. Hij noemde dat ‘ronduit schrijnend’. Hij gaf ook een voorbeeld:
Migrantenjongeren werken veel vaker op een flexcontract, dan hun autochtone leeftijdsgenoten. En dat betekent: gaat het minder met de zaak, dan vliegt de migrant er het eerste uit, want die is flex. Gaat het beter met de zaak, dan maken autochtonen sneller promotie, want die zijn minder vaak flex.
Daarom heeft Asscher besloten de strijd tegen discriminatie te intensiveren en bedrijven die discrimineren openbaar te maken. Maar de minister wijst er ook op dat de onbewuste discriminatie, de vooroordelen, niet via de wet bestreden kunnen worden. Die moeten via de ontmoeting en de confrontatie uit de wereld geholpen worden, aldus de politicus. Asscher riep mensen op met hem mee te vechten tegen uitsluiting:
Daar hebben we iedereen bij nodig: de politiek, de media, het bedrijfsleven, iedereen die denkt: uitsluiting, bewust of onbewust, dat is niet mijn Nederland.