Staat vergooide miljarden bij bankenredding

De Nederlandse Staat heeft vier tot vijf miljard teveel betaald voor de overname van het Nederlandse deel van Fortis. Het bedrag was een resultaat van een tekort aan informatie op het ministerie van Financiën, te laat ingrijpen en een slechte voorbereiding. En toenmalig minister Bos had de Kamer eerder en beter moeten informeren over de miljarden die werden uitgegeven tijdens de crisis. Dat heeft de commissie De Wit geschreven in haar eindrapport. Om problemen in de toekomst te voorkomen moet de wet worden aangepast.

 “De risico’s die de Staat op zich nam, waren groot en niet inzichtelijk,” staat in het rapport.

Ingrijpen bij Fortis was noodzakelijk in het belang van de financiële stabiliteit in en buiten Nederland. Maar volgens de commissie waren bij de overname van de Nederlandse Fortis-delen de gebruikte berekeningen niet volledig en niet nauwkeurig.

Ook de steun aan ING kwam te laat. Het ministerie had al veel eerder de risicovolle Amerikaanse hypotheken over moeten nemen.

De commissie zegt ook dat minister Bos de Tweede Kamer vaak niet op tijd en niet volledig heeft geïnformeerd en daardoor de controletaak van de Kamer heeft belemmerd. De Wit vindt dat de wet zo moet worden aangepast, dat het kabinet niet zonder de Kamer te raadplegen veel geld aan individuele instellingen kan geven. De commissie denkt aan een methode zoals bij het uitzenden van militairen naar het buitenland, de zogenoemde art.100-procedure.

Dat de staat tijdens de bankencrisis hogere tegoeden voor spaarders heeft gegarandeerd, vindt De Wit verstandig. De dekking van het zogenoemde depositogarantiestelsel ging omhoog van 40.000 naar 100.000 euro. Volgens de commissie moet het bedrag nu weer terug naar 50.000 euro.

NOS: Kritiek De Wit op bankensteun

Update 16:30:

De NOS meldt de reactie van oud-minister Bos:

We hadden weinig tijd, te weinig informatie, weinig voorbeelden, weinig alternatieven, maar we moesten beslissen. Uitstel was geen optie; er stond te veel op het spel. Ik hoop dat iedereen zich dat blijft realiseren. En ik hoop vooral dat geen minister van Financiën dit ooit weer hoeft mee te maken”, aldus Bos.