Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

De linkse dromer is terug

  •  
27-04-2016
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
105 keer bekeken
  •  
dreamer

© cc-foto: Zlatko Vikovic

Een nieuwe generatie linkse politici durft zich weer te verbinden met grote ambities en dito ideeën
Dit artikel is ondertekend door meerdere auteurs. 
‘Links moet ophouden met dromen’, stelde Jasper Blom onlangs in De Volkskrant. De timing frappeert. Juist nu Jesse Klaver de wind in de rug heeft door openlijk te dromen van een radicale cesuur met het economisme, stelt Blom de praktische onderhandeling over concrete dossiers centraal. Juist nu GroenLinks haar linkse profiel weer afstoft door aan de haal te gaan met de ideeën van Piketty, stelt Blom voor om Marx in te ruilen voor Jacques P. Thijsse. Het bescheiden vermoeden rijst dat GroenLinks met de prentenboeken van Thijsse toch wat minder effect had gesorteerd dan met Piketty’s Kapitaal in de 21e eeuw.
De opleving van GroenLinks onder Klaver, het nieuwe elan van de SP onder partijvoorzitter Ron Meyer, of de radicale koerswijziging die Marianne Thieme bepleit in haar jongste boek: allen profileren zich met weidse vergezichten en een zelfverzekerde radicaliteit. Een nieuwe generatie linkse politici durft zich weer te verbinden met grote ambities en dito ideeën. Na twee decennia pragmatisme zijn de dromers weer terug in de linkse politiek. Dat is op zich een goede zaak. Waar eens de leegte op links heerste, zijn er nu ideeën in overvloed. De relevante discussie is niet zozeer de vraag of er gedroomd moet worden, eerder hoe droom en daad met elkaar te verzoenen.
Traditiegetrouw heeft de dromer een belabberde reputatie in de Nederlandse politiek. Politiek is geen roeping bij ons ten lande. De polder waardeert gepatenteerde pragmatici met één oog op de lonkende bestuurszetel en het andere op de nauwe concentrische cirkel van de bestaande consensus. De politieke poëtica in de lage landen is niet Brecht, noch Baudelaire of zelfs maar Wilde. Willem Elsschot is haar vertolker: “Tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren, en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren”. De droom uit het gedicht mag dan dubieus zijn, de berusting in de verzuchting is tekenend. Dromers hebben een imagoprobleem. Het cliché van de wereldvreemde idealist kleeft vanouds meer aan links dan aan rechts. Daar presenteert men haar politieke visie doorgaans als sober realisme.
Dit beeld, zo het ooit klopte, vereist thans bijstelling. De voortzetting van de status quo is namelijk allesbehalve realistisch. Zich voortslepende economische crises, structureel toenemende ongelijkheid, ontsporende klimaatverandering en een escalerend democratisch tekort, doen het besef groeien dat een fundamentele herziening van economie en samenleving niet langer een naïef droombeeld is. Wie denkt dat we eindeloos door kunnen gaan op oude voet, dat is de naïeve utopist van vandaag de dag. Zo kunnen de dromers  de mantel van het realisme claimen. Een radicale Realpolitik, dat is wat nodig is.
De prangende vraag is hoe theorie en praktijk, droom en daad, met elkaar in overeenstemming te brengen. Zo stelt Klaver te streven naar radicale verandering. Tegelijkertijd lijkt hij gebrand op regeringsdeelname en sluit hij daarbij geen partijen uit. Dat roept de levensgrote vraag op hoe een herhaling van het Samsom-scenario te voorkomen. De schaduw van de 2012-campagne van Diederik Samsom, waarin hij zich keerde tegen rechts rotbeleid, om zich vervolgens te verbinden aan het contraproductieve bezuinigingsbeleid van de VVD, valt evengoed over zijn linkse concurrenten.
De harde werkelijkheid is dat het realiseren van een alternatieve agenda alleen mogelijk is als links samenwerkt. In een centrumrechtse regering kan links niet anders dan de scherpe rechtse kantjes afvijlen. Linkse samenwerking hoeft geen stembusakkoorden of partijfusies te betekenen. Eerder een politieke strategie op de langere termijn, met als doel de linkse thema’s weer bovenaan de agenda te krijgen. En zo gezamenlijke progressie te boeken op concrete beleidsterreinen. Overkoepelende ideeënvorming kan de brug zijn die de bestaande cultuurkloof tussen de partijen overspant.
De dromers op links hebben een nobele voorgeschiedenis. Toen Martin Luther King zijn droom van een gelijkwaardig bestaan voor de zwarte Amerikaanse bevolking verkondigde, was deze gegrond in een realistische lange termijn strategie. Den Uyl waarschuwde in zijn tijd voor een noodlottig overvloed aan pragmatisme. Links zou zijn “afkomst uit de wereld van droom en verlangen” naar alternatieven moeten herinneren, “wil het niet het lot ondergaan van de mummificering”. Die waarschuwing heeft niets aan relevantie verloren.
De progressieve verbeelding, met een werkelijk realistisch alternatief op de lange termijn, spreekt veel meer tot de harten van de kiezers, dan de droge technocratie van ‘concrete dossiers’, waarmee Jasper Blom zijn ‘coalities wil smeden’. Daartoe moeten de linkse partijen moed tonen. De moed om te zoeken naar het gezamenlijke doel in de toekomst, in plaats van zich terug te trekken op basis van de – al dan niet fictieve- verschillen uit het verleden. Linkse kiezers zitten niet te wachten op het stomvervelende ‘wie-wordt-de-grootste-op-links-spel’, zij willen een beeld van welke wereld binnen handbereik is en wat de noodzakelijke stappen zijn om daar gezamenlijk te komen.
Merijn Oudenampsen, socioloog en publicist Dylan van Rijsbergen, schrijver en publicist Rutger Groot-Wassink fractievoorzitter GL Amsterdam Femke Roosma raadslid GL Amsterdam Tiers Bakker raadslid SP Amsterdam David Hollanders, SP-denktank SPark
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.