Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Deze crisis is geen natuurramp, maar is te wijten aan politiek falen

  •  
21-09-2011
  •  
leestijd 10 minuten
  •  
BNNVARA fallback image
Achter al die bezuinigingen gaan mensen schuil
Deze begroting vraagt eigenlijk om een kritische, boze en zeer verontwaardigde beschouwing vanuit de SP. Maar dat doe ik niet. Tenminste het eerste A4’tje niet. Laat ik beginnen met een compliment aan het adres van de minister-president. Het is geen kleinigheid om in tijden van crisis een kabinet te leiden. Die inzet stel ik zeer op prijs.
Dit is een tijd van heel grote getallen. Achttien miljard bezuinigen, 150 miljard naar Griekenland. Een Europees noodfonds van 750 miljard, misschien wel meer dan het dubbele: 2000 miljard. En dan komt de minister van Financiën hier met een Miljoenennota.
Dan vraag je je toch af: wat zijn die miljoenen hier nog waard, in een tijd dat elders over biljoenen wordt beslist? In die wereld van grote getallen lijken de menselijke verhoudingen ver te zoeken. Geen mens die het nog begrijpt. De premier trouwens soms ook niet, die zit er wel eens 50 miljard naast.
Maar toch, 25 jaar geleden stond ik voor het eerst als jonge onderwijzer voor de klas. Ik kreeg daarvoor een redelijk inkomen. Ook in verhouding tot mijn directeur, die kreeg ongeveer twee keer zoveel. Dat is nu wel anders. Nu verdient een beginnende leraar pak hem beet, zo’n 1.500 euro en een schooldirecteur ruim vijf keer zoveel.
Vrienden van mij die in de zorg gingen werken, hadden toen een directeur die drie keer meer kreeg. Nu heeft een beginnende verpleegkundige een manager die ruim acht keer meer krijgt. In het bedrijfsleven kreeg een directeur van een middelgroot bedrijf destijds vier keer zo veel als de gemiddelde werknemer. Dat is nu 40 keer zoveel. En dan hebben we het nog niet eens over al die gouden handdrukken, zoals die 2,6 miljoen afscheidsbonus voor een directeur bij TNT-post, terwijl eerder duizenden mensen werden ontslagen en vervangen door goedkoper personeel.
Ik zou graag eens van de minister-president horen wat hij vindt van deze ontwikkeling. Vindt hij het wenselijk of onwenselijk dat de tegenstellingen zo toenemen? Deze trend zet zich voort. Straks verdient een directeur geen 40 keer meer dan de mensen op de werkvloer, maar misschien wel 80 keer meer, of 100. Vindt de premier dit acceptabel?
In de publieke sector gaan we er over en moeten we dat ook vooral blijven doen. Maar zelfs dáár zijn inkomens boven de Balkenendenorm aan de orde van de dag. Maar ook in de private sector wordt het hoog tijd dat men zich realiseert, dat mensen deze enorme verschillen niet meer begrijpen en zelfs verafschuwen.
Die directeuren zijn wel veel méér gaan verdienen, maar zeker niet altijd meer gaan presteren. Vraag dat maar eens aan de studenten van hogeschool InHolland, die een diploma kregen dat niets waard bleek. Of vraag het de patiënten van het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam, waar je moet oppassen dat je niet nog zieker naar huis gaat, dan dat je erin kwam.
Vraag het aan de agenten, die zijn opgezadeld met peperdure, maar waardeloze computersystemen. En vraag het aan de huurders wiens woningbouwcorporatie een woning-sloopbedrijf is geworden. Kijk naar de financiële sector, waar ze ons spaargeld en onze pensioenen hebben vergokt. En waar speculanten rijk werden van andermans armoede.
In andere landen geven miljonairs aan dat zij bereid zijn om een extra bijdrage te leveren, om de rekening van de crisis eerlijker te verdelen. Dat geluid heb ik in ons land nog niet gehoord. Maar misschien heeft de premier betere contacten in die kringen dan ik. U hebt vorig jaar heel genereus uw telefoonnummer uitgedeeld aan directeuren en topbestuurders. Heeft zich nou echt niemand bij u gemeld, om te zeggen dat zij best iets extra’s kunnen missen? Met een half procent vermogensbelasting hoeft u het niet bij de gehandicapten weg te halen?
Met de invoering van een tobintax, een belasting op grote financiële transacties, bij bijvoorbeeld speculanten, kun je de bezuiniging op de sociale werkvoorziening en bij de wajong terug draaien. Met een heffing op de winning van ons aardgas hoef je de eigen bijdragen in de zorg en de GGZ niet te verhogen.
De minister van financiën waarschuwde gisteren voor een storm die over Nederland raast. Alsof deze financiële crisis waarin we zitten een natuurverschijnsel is. Deze crisis is geen natuurramp, komt niet van boven, maar is volledig te wijten aan politiek falen, aan menselijk handelen, aan politieke keuzes die eraan ten grondslag liggen.
De regering verweet de SP dat we ‘onverantwoord’ zouden zijn, toen wij voorstelden om de Griekse schulden te saneren. Wie zo diep in de schulden zit, is niet geholpen met een nieuwe creditcard, maar moet schuldhulpverlening krijgen. Ook het Centraal Planbureau meldt het nu onomwonden: ‘Afwaardering van de schuld was misschien een betere oplossing geweest.’
Dat is nogal wat. Dat is een keiharde tik op de vingers van de premier. En van al zijn nieuwe gedoogpartners hier in deze Kamer. Hoeveel miljarden zijn wij straks extra kwijt, omdat deze regering maar niet wil doen wat de SP al maanden bepleit? En waarvan de premier héél goed weet dat dit de enige uitweg is?
En waar is al ons geld gebleven? Ik zei het al eerder: ons geld maakt één rondje om de Akropolis en belandt vervolgens direct in de zakken van buitenlandse banken. De Griekse schuld wordt per dag meer een overheidslening en minder een probleem van de financiële sector. En dus wordt onze rekening met de dag groter en groter.
Iedereen is het er inmiddels mee eens dat de financiële markten zijn ontspoord, omdat de laatste 20 jaar de spelregels zijn geschrapt en de hebzucht vrij spel heeft gekregen. Er moeten nieuwe spelregels komen om dit in de toekomst te voorkomen. En dat moeten we dus zeker niet overlaten aan al diegenen die er verantwoordelijk voor waren, dat het zo is misgelopen. Maar nog steeds worden medewerkers bij banken aangemoedigd om onverantwoorde risico’s te nemen. Dat de winsten vervolgens verdwijnen in private zakken maar de verliezen door de overheid opgevangen moeten worden, lijkt mij zelfs voor een liberaal niet uit te leggen.
In tijden van crisis hebben we niet minder, maar juist meer democratie nodig. Hebben we behoefte aan een Europa dat minder haar oor leent aan multinationals en meer oog heeft voor de burgers. Een Europese ontwikkeling waarin de mensen mee worden genomen.
Ons wordt wel eens verweten zogenaamd tegen Europa te zijn. Maar laat ik daar nu heel duidelijk in zijn. Europa is een continent, daar kún je niet tegen zijn. De samenwerking in Europa heeft ons inmiddels 60 jaar vrede opgeleverd. Bovendien, het proces van globalisering en onderlinge verbondenheid stop je niet. Laat dus niemand zeggen dat wij tegen Europa zijn.
Waar de SP bezwaar tegen maakt is het creëren van een vierde bestuurslaag ergens verscholen in Brussel, waar de mensen geen vat meer op hebben, en tegen het neo-liberale beleid dat door Europa wordt opgelegd.
De politieke unie, door velen in deze Kamer gewenst, is mogelijk iets voor de langere termijn. Dat kun je niet opleggen, dat moet groeien. Maar nu gaat dat veel te snel, en moet dat getemporiseerd worden. De verschillen in Europa zijn, zowel economisch alsook cultureel nog veel te groot. Daar moet eerst in geïnvesteerd worden. Dat was ook de belangrijkste reden voor de SP om destijds tegen de invoering van de Euro te zijn. Eén Europese munt had de kroon moeten zijn op een Europese integratie.
Mensen snappen het volgens mij niet meer. Dat mag en kun je niet zomaar naast je neer leggen. Het moet niet gaan over het grote geld, maar over de mensen. Niet minder democratie, zoals nu steeds wordt voorgesteld, maar juist méér democratie.
Terwijl de democratie bij ons onder druk staat, ontwaakt hij in de Arabische wereld. Ik hoop dat we de komende maanden voor het eerst vrije verkiezingen zullen zien in Tunesië en Egypte – en hopelijk ook in Libië en Syrië. Wij zouden alles moeten doen om mensen daar te helpen bij dit grote avontuur. Maar ook bijvoorbeeld door in de Verenigde Naties nu eens steun te betuigen aan het recht van de Palestijnen op een eigen, democratische staat, naast Israël.
Wat nu gebeurt is juist werken aan een tweestaten oplossing, precies wat het kabinet volgens mij ook zegt te willen. Democratie is iets waar we trots en zuinig op moeten zijn, moeten koesteren.
Het gaat nu in het politieke debat vooral over economie, en over vertrouwen. En juist dat is iets dat velen niet meer hebben. Veel mensen begrijpen het niet meer. De premier was toch de man van hardwerkend Nederland? De jongeman of jonge vrouw die nu een plek heeft gevonden op de sociale werkplaats, die nu trots kan zijn op zichzelf en een bijdrage kan leveren aan de samenleving?  Maar die zit straks te verpieteren achter de geraniums. Waarom moeten deze hardwerkende Nederlanders zo hard worden gepakt?
Het kabinet wil dat we meer gaan werken, maar het bezuinigt fors op de kinderopvang. Nederland moet slimmer worden, maar wie wat wil leren, moet zich steeds dieper in de schulden steken. We hebben niet alleen het meest sociale, maar financieel ook het meest gezonde pensioenstelsel in de hele wereld, maar toch zal en moet het worden afgebroken.
Zieken met een persoongebonden budget, vragen zich af of zij in de toekomst nog wel zorg krijgen. Of hoeveel van die zorg overblijft. Vorige week hebben we het gezien: de regering wil de belofte die zij aan mensen met een persoongebonden budget heeft gedaan gewoon niet waarmaken. Ik doe graag mee om fraude en misbruik aan te pakken, maar ontneem mensen niet hun zelfstandigheid.
De zorgpremie gaat omhoog, de zorgtoeslag gaat omlaag en het basispakket wordt opnieuw kleiner. Dat betekent in de praktijk: meer betalen voor minder zorg. Beseft de premier wel dat een groeiende groep Nederlanders zich überhaupt geen aanvullende verzekering meer kan veroorloven? Beseft hij dat mensen nu al steeds vaker een bezoek aan de tandarts moeten uitstellen, simpelweg omdat ze de rekening niet kunnen betalen? Wil de premier echt terug naar het begin van de vorig eeuw, toen we aan iemands gebit konden zien hoe dik zijn portemonnee was?
Achter al die bezuinigingen gaan mensen schuil. Afgelopen week hoorde ik een wethouder zeggen – en zij is één van de velen – dat gemeenten mensen die in de bijstand zitten niet meer aan een baan kunnen helpen. Zij gaan alleen nog investeren in werkzoekenden die kansrijk zijn en redelijk snel weer aan werk geholpen kunnen worden. Ik vraag de Minister-president of hij goed hoort wat ik zeg…Alle andere mensen worden dus niet meer geholpen, zij zijn opgegeven, afgeschreven. Als onrendabel aan de kant gezet.
Maandag ontmoette ik veel mensen op het Malieveld. Een moeder met haar licht verstandelijk gehandicapte kind. Ze hebben samen alles goed geregeld: onderdak, werk, inkomen. En nu dreigt de regering hen dat alle drie door de neus te boren. Deze mensen zijn boos. Niet omdat ze het moeilijk hebben, niet omdat ze zielig zijn. Zij hebben verantwoordelijkheid genomen voor zichzelf en voor elkaar. En juist dat maakt deze regering nu kapot.
Ik vraag de Minister-president. Zij doen wat u wilt. Waarom maakt u het deze mensen dan zo moeilijk?Veel mensen klampten mij aan. –    uit de sociale werkvoorziening, –    uit het speciaal onderwijs. –    tal van mensen uit de thuiszorg –    mensen met een persoonsgebonden budget
De werknemer, tussen arts en patiënt, tussen advocaat en cliënt. In een beschaving moet je elkaar kunnen vertrouwen anders krijg je een juridisering van de samenleving. De laatste 20 jaar is dat vertrouwen, mede door het overheidsbeleid onder druk komen te staan, en het beleid van dit kabinet verbetert dat zeker niet.
Natuurlijk moeten wij financieel de boel op orde krijgen. Maar ik zei het vorig jaar al en steeds meer zeggen het ons nu na: we moeten onze economie en onze samenleving niet kapot bezuinigen. Maar dat is wel wat dit kabinet nu doet. De crisis die we nu meemaken, in Nederland, in Europa en wereldwijd, is geen natuurramp, maar mensenwerk. Deze crisis is het gevolg van politieke keuzes. Door banken jarenlang alle vrijheid te geven tot het nemen van onverantwoorde risico’s, ingegeven door hebzucht.
Na de Tweede Wereldoorlog kozen we met veel succes voor sociale wederopbouw en een geleide economie. 25 jaar geleden kwam er een breekpunt. De maatschappij van samenwerken en solidariteit veranderde in een samenleving van ieder-voor-zich en God-voor-ons-allen. De gedachte ging domineren dat wij niet meer zijn dan een verzameling individuen, dat de samenleving helemaal niet bestaat.
Wij weten beter. Ik ben trots dat mijn partij sinds onze entree in deze Kamer voortdurend en vaak als enige, tegen dat idee, tegen dat uitgangspunt, tegen die afbraak, consequent heeft geknokt, de uitwassen heeft aangetoond en alternatieven heeft aangedragen. Het naïeve geloof dat op alle terreinen de markt de samenleving beter kan organiseren, is uitgelopen op een nachtmerrie. Het bestuur is uit handen gegeven en nu hollen we van de ene crisis naar de andere.
Iedereen ziet hoe het is misgelopen, maar het kabinet gaat gewoon door op de oude weg. Zij wil in de publieke sector nog meer ruimte geven aan de markten en de invloed van mensen nog meer beperken.
Deze aanpak biedt de mensen geen toekomst. Uit niets blijkt dat de offers die nu van de bevolking wordt gevraagd, in de toekomst zullen leiden tot een betere samenleving. Tot een samenleving dat we samen hebben opgebouwd en waar we allemaal trots op kunnen zijn.
Ons mooie land verdient zo veel beter. Als dit kabinet haar zin krijgt zal de tweedeling in Nederland nog verder toenemen. Ik heb het dan niet over de koopkrachtplaatjes, over een procentje meer of minder, maar over de toekomst van ons land.
Ik zie een land van premier Rutte voor me, waarin de toegang tot het recht, de toegang tot goede zorg en tot passend onderwijs voor veel mensen is afgesneden.
Ik wil dat onze jongeren kunnen studeren, zonder zich diep in de schulden te steken. Ik wil dat onze ouderen de zorg krijgen die ze verdienen. Ik wil dat onze kinderen worden grootgebracht in een land waar niet alles draait om geld en hebzucht, maar waar ook plaats is voor ontwikkeling en ontspanning. Een land waar we zorgen voor elkaar. Waar duurzaamheid een uitgangspunt is, en waar we zuinig zijn op onze natuur. Waar cultuur gewaardeerd wordt en gezien wordt als een wezenlijk en belangrijk onderdeel van de opvoeding en de staat van het land kan blijven aangeven. Dat is míjn land: een heel ander Nederland dan het land van premier Rutte.
Tot slot wil ik afsluiten met een stukje uit een gedicht van Karel Glastra van Loon, die ons helaas veel te jong is ontvallen:
Blijf niet mokkend aan de kant staan Stel een daad en toon je moed Laat je woede hand in hand gaan Met het goede dat je doet

Meer over:

politiek, opinie
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.