Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Laat de kiezers bepalen welke omroepen zendtijd krijgen en hoeveel

  •  
03-05-2019
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
118 keer bekeken
  •  
Schermafbeelding 2019-05-03 om 10.43.19

© Beeld: Google Streetview

Dankzij de omroepverenigingen heeft Nederland al bijna een eeuw het meest democratische en pluriforme publieke radio- en tv-bestel ter wereld
In de discussie over een passende beloning voor Matthijs van Nieuwkerk komt ook de positie van de omroepverenigingen aan de orde. Die hebben de afgelopen decennia onder invloed van politiek Den Haag enorm aan macht en invloed verloren. Ze zijn nu vooral uitgevers van gidsen en uitgebreide productiehuizen die moeten zwemmen binnen de lijnen die de badmeesters, de zendercoördinatoren, hebben gespannen. Het behoort tot de goede toon om ze niet meer van deze tijd te vinden. Ooit was dat anders. Heel anders..
In 1930 besloot een confessioneel kabinet dat Nederland geen nationale omroep zou krijgen zoals de AVRO en de daarmee toen nauw verbonden Telegraaf het graag wilden. In plaats daarvan werd de zendtijd volgens een bepaald rekenmodel over de bestaande omroepverenigingen verdeeld. Behalve de AVRO waren dat de VARA, de KRO, de NCRV, de VPRO en jawel ook de Vrijdenkers Radio Omroep, die echter weldra uit de ether verbannen werd wegens al te expliciete goddeloosheid.
Dat systeem is vrijwel ongewijzigd gebleven tot aan het eind van de jaren zestig. Toen ging een stevig percentage van de zendtijd naar de NOS, die een algemeen programma moest maken op de manier van een nationale omroep. De rest van de zendtijd werd onder de omroepen verdeeld naar rato van het aantal leden. Nieuwe omroepen waren welkom als ze maar voldoende leden wisten te werven. Zo zijn we aan de TROS, de EO, Veronica, Powned, Max en WNL gekomen. In politieke kring heerst al sinds de jaren negentig onvrede over dit systeem.
Toch is de gedachte dat de publieke omroep van programma’s wordt voorzien door verenigingen van luisteraars en kijkers heel aantrekkelijk. Dankzij de omroepverenigingen heeft Nederland al bijna een eeuw het meest democratische en pluriforme publieke radio- en tv-bestel ter wereld. Natuurlijk wordt dat heftig ontkend door rechtse volksmenners en de commerciële partijen zoals de Telegraaf, die zich graag van een lastige concurrent willen ontdoen maar dat doet aan dit onweerlegbare feit niets af. Nederland kent geen armlastige, door de politiek gestuurde staatsomroep. Dat past niet bij onze volksaard, hoe graag Geert, Thierry, Theo en – vrees ik – ook Klaas en Sybrand dat ook zouden willen. Het zijn niet de slechtste vruchten waaraan de wespen knagen. Dat blijkt maar weer.
De publieke omroep is onder de kabinetten Balkenende en Rutte ernstig verzwakt. Het wordt daarom tijd dat ze een nieuwe impuls krijgt. Dat kan alleen als het draagvlak onder de bevolking wordt vergroot. Dat kan het best door het primaat van de omroepen te herstellen. Maar dat niet alleen. De Nederlanders van alle soorten en maten moeten  zich in (onderdelen van) het programma-aanbod herkennen.
Er is maar een manier om dat te realiseren: elke vier jaar verkiezingen, net als voor de Tweede Kamer. Er komt een door de politiek vast te stellen kiesdrempel die je moet halen om voor zendtijd in aanmerking te komen. Verder bepaalt het aantal stemmen het aantal uren per week. Uiteraard zijn nieuwkomers welkom. Gezien de verdeeldheid van het Nederlandse volk zal dit ongetwijfeld tot een zeer pluriform systeem leiden.
En een voorbeeld voor de hele wereld. Zo zorg je ervoor dat alle stemmen niet alleen tellen maar ook klinken.
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.