Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Meer vrouwen in talkshows, zo doe je dat

  •  
19-07-2015
  •  
leestijd 5 minuten
  •  
79 keer bekeken
  •  
RTEmagicC_pauw_620.jpg
Waarom alles altijd de schuld van vrouwen zelf is - Deel 2
Ieder jaar rond kwart over komkommertijd komt het onderwerp wel weer een keer aan bod. Een journalist heeft het hele tv-seizoen keurig geturfd hoeveel vrouwen er aan mochten schuiven bij De Talkshows, en komt tot de conclusie dat het er eigenlijk best weinig zijn. Zeker als je kijkt naar hoeveel vrouwen er op straat rondlopen. Op straat is de verhouding zo’n beetje fifty-fifty, op tv blijven vrouwen zo rond de 35% hangen.
Ieder jaar klinkt er voorzichtig verontwaardigd gemorrel, en wordt er een plichtmatig rondje gemaakt langs de redacties van Pauw, Jinek en – natuurlijk – good ol’ DWDD, en ieder jaar krijgen we dezelfde antwoorden te horen. DWDD-eindbaas Dieuwke Wynia laat dit jaar zelfs nogal onomfloerst aan het NRC weten dat ze een beetje klaar is met het gezeur over wijven op tv: “Elk jaar komen dezelfde vragen, en elk jaar geven we dezelfde antwoorden.” Lees mijn mail van vorig jaar maar terug, mailt ze. Je voelt de geïrriteerde zuchten door de letters heen.
Toch is het een interessante vraag – waarom er niet meer vrouwen in talkshows zitten -, en het kan geen kwaad eens goed te luisteren naar wat de heren en dames eindredacteuren over deze kwestie te melden hebben. Laten we alle aangedragen verklaringen (smoezen wil ik het niet noemen – ik zou nog voor feminist uitgemaakt kunnen worden) eens langslopen.
Vorig jaar rond deze tijd was Jeroen Pauw er heel duidelijk over: als vrouwen bij hem aan tafel wilden aanschuiven, dan moesten ze maar eens iets gaan betekenen in de samenleving. Zei hij op Twitter. De hashtag #ophef deed boem, en Pauw besloot zichzelf in iets meer dan 140 tekens te nuanceren. “Ho ho”, zei hij, “er zijn nou eenmaal weinig vrouwen in topfuncties. Dus kom ik automatisch bij mannen uit als ik deskundigen zoek voor mijn programma.”
Sommigen gingen zover Pauws uitspraken feministisch te noemen (waaronder Margriet van der Linden, om maar iemand te noemen). Hun boodschap: niet janken, dames: als je het kut vindt dat je niet op tv mag, dan moet je er zelf maar iets aan doen. Jeroen Pauw is just stating the obvious .
Passief Het is een klacht die je van meer redacteuren hoort: ‘er zijn nou eenmaal weinig vrouwen aan de top, dus we hebben niemand om uit te nodigen’. Redacteuren stellen hun programma’s voor als passieve afspiegelingen van de maatschappij, en lijden aan het ik-sta-erbij-en-ik-kijk-ernaar-syndroom. Gek, want aan de andere kant staan redacteuren te springen om scherpe meningen, provocatieve types als Thierry Baudet, en om #ophef. Blijkbaar wil men wel proactief optreden als het gaat om opinievorming, maar niet waar het gaat om maatschappelijke emancipatie. Snap ik wel hoor: het laatste levert geen tweets, kijkcijfers of geld op.
Maar goed, er zijn ook redacteuren die wél op zoek gaan naar vrouwen, en vervolgens naar eigen zeggen tegen een volgend probleem aanlopen: vrouwen willen niet op tv.
Wat, hoor ik u denken, eerst janken dat je niet op tv mag, en dan nee zeggen als je wordt uitgenodigd? Jazeker, beste mensen: vrouwen willen niet op tv. Echt niet! Je moet ze de beeldbuis op meppen. Met een stok. Grof geweld! En als ze er eenmaal zitten trekken ze hun bek niet open.
Herman Meijer, eindredacteur van Pauw, laat NRC weten dat vrouwen meestal de opdracht doorgeven aan een mannelijke collega die er zogezegd meer verstand van heeft. Of ze vragen tijd om zich beter voor te bereiden. Maar ja, zo werkt de televee niet hè: om drie uur ’s middags gebeurt X, en om elf uur ’s avonds zit Y bij Pauw aan tafel om Zeer Accurate Duiding te geven over het voorgevallene. We hebben geen geduld voor nuance. Ik ga er dan ook vanuit dat geen hond dit stuk leest, want de #ophef is inmiddels alweer bijna een week oud.
Nuance Jeroen Smit (hoogleraar journalistiek, ABN AMRO-biograaf, you know the guy ) gaf wat mij betreft de duidelijkste Duiding, vorige week donderdag in het mediaforum op Radio 1. Redacteuren vinden vrouwen vooral vervelend omdat ze zo genuanceerd zijn, zo zei hij. En dat klopt, volgens mij. De formule van programma’s als DWDD en Pauw is heel simpel: zet twee haantjes tegenover elkaar die verschrikkelijk overtuigd zijn van hun eigen ongenuanceerde gelijk, en je krijgt een spetterend (maar ontwikkelingsloos) debat waar lekker veel over getweet wordt. Zet je een vrouw neer aan zo’n tafel dan bestaat de kans dat ze halverwege het gesprek iets zal zeggen in de trant van “goh, daar heb je eigenlijk wel een punt”. Tsja, en dat is niet echt spetterend, iemand die z’n eigen mening in vraag trekt en wellicht herziet.
We hebben Thierry Baudets nodig: mannetjes die nare aanmatigende stellingen verdedigen alsof ze zo vanzelfsprekend zijn als 1 + 1 = 2. Dáár vinden mensen iets van. Niet van een slappe dweil die eigenlijk na krap drie uur nadenken nog steeds niet precies weet wat ze ergens van vindt. Zolang redacteuren in de veronderstelling leven dat vrouwen genuanceerde wezens zijn en mannen elkaar per definitie de tent uit vechten, zullen ze ons niet uitnodigen voor hun talkshows.
Tieten Hoe lossen we dit dus op? Simpel. Mocht je in de bevoorrechte positie verkeren dat je tieten hebt en het komende seizoen ergens gedurende de werkdag wordt gebeld door een redacteur van een talkshow, geef dan in de eerste zin die je uitspreekt een compleet abjecte en liefst feitelijk onhoudbare mening. Even die principes aan de kant. Zorg dat de redacteur aan de andere kant zes keer headdeskend facepalmt door de domme diarree die je uitscheidt. Ga daarna op de uitnodiging in. En als je eenmaal op primetime aan tafel zit, laat dan ergens halverwege het ongenuanceerde debat vallen dat je opponent misschien wel een punt heeft. Zal ze leren.
PS: In het vorige deel van dit feuilleton besprak ik een aantal uitspraken van Ton Verlind. Achteraf bleek dat één van die uitspraken gedaan is in een andere context dan die van wraakporno. Mijn excuses daarvoor. Ik herzie wat betreft die uitspraak mijn mening. Wat betreft de strekking van mijn verhaal is mijn mening ongewijzigd. Voorlopig, that is, want wie weet spreek ik Ton Verlind ooit in levende lijve en blijkt hij eigenlijk best wel een punt te hebben.

Meer over:

opinie, leven
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.