Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

President Erdogan

  •  
11-08-2014
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
RTEmagicC_df1cd740a6.jpg
Wie in de weken voor de verkiezingen door de Turkse straten liep kreeg de indruk dat er maar een kandidaat was
Met het schrijven van dit artikel over de presidentsverkiezingen in Turkije begon ik voordat de uitslag bekend was. Kon ik doen, niet omdat ik helderziend ben, maar omdat vooraf vaststond dat Recep Tayyip Erdogan ging winnen. Alle peilingen wezen daar op.
Dat zijn belangrijkste tegenstrever, de door de Republikeinse Volkspartij (CHP) en de Partij voor de nationale beweging (MHP) kandidaat gestelde grijze muis Ekmeleddin Ihsanoglu geen schijn van kans had, viel te verwachten.
Ihsanoglu bleef net boven de 38 procent steken. Een voor de CHP en MHP-achterban meer acceptabele kandidaat had het waarschijnlijk beter gedaan. Nu weigerde menig CHP en MHP-stemmer uit onvrede met de in hun ogen controversiële Ihsanoglu de gang naar het stembureau te maken, wat voordelig uitpakte voor Erdogan.
Dat Selahattin Demirtas van de Democratische volkspartij (HDP) het bij Koerden, links en andere minderheden goed zou doen was eveneens voorspelbaar. De bijna tien procent voor Demirtas was een onverwacht succes, maar dat hij Erdogan de loef af kon steken was bij voorbaat uitgesloten.
Het was vooral de vraag of Erdogan een tweede verkiezingsronde nodig zou hebben. Hij kreeg echter meer dan de 51 procent die hij nodig had om de klus in een dag te klaren.
De opkomst was met bijna 75 procent een stuk lager dan bij de lokale verkiezingen van 30 maart jl. Bij een gelijke opkomst had het mogelijk wel tot een tweede verkiezingsronde gekomen.
Andere details van de verkiezingen laat ik aan mainstream correspondenten over. Ik ben gewend me op de achtergronden te richten. In dit geval op een aantal in het oog springende zaken tijdens Erdogans verkiezingscampagne. Die scheppen een aardig beeld van de nieuwe president. Kilicdaroglu-Demirtas Wie in de weken voor de verkiezingen door de Turkse straten liep kreeg de indruk dat er maar een kandidaat was. Erdogans gezicht overheerste daar, terwijl Ihsanoglu en Demirtas nagenoeg ontbraken. De financiële middelen om publiciteit te maken waren duidelijk oneerlijk verdeeld, wat in democratische opzicht uiteraard niet de schoonheidsprijs verdient.
Op het staatstelevisiekanaal TRT hetzelfde verhaal. Vooral Demirtas beklaagde zich er over dat hij zijn opvattingen daar niet uiteen kon zetten.  
Naarmate de verkiezingen naderden gaf Erdogan hem nog eens goed van katoen. Tijdens een openbare partijbijeenkomst daagde hij CHP-leider Kemal Kilicdaroglu uit zijn alevitische achtergrond toe te geven. Demirtas moest maar eens erkennen dat hij een ZaZa-Koerd was (Zaza-Koerden onderscheiden zich onder andere van andere Koerden door een eigen taal).
Waarnemers vroegen zich af waar dit voor nodig was. Etnische en religieuze achtergronden van politici zijn irrelevant zijn ten opzichte van hun programma. Bovendien was het simpelweg overbodig. Toen Erdogan deze provocerende woorden uitsprak was het al volstrekt duidelijk dat hij het presidentschap in zijn zak had.
Armeniër Erdogan reageerde furieus op geruchten dat zijn roots in Georgië liggen. Geruchten die hij in 2004 overigens zelf in de handen werkte. Toen zei hij tijdens een bezoek aan Georgië dat zijn familie uit dat land afkomstig was en naar Turkije emigreerde.
Erdogans familieachtergrond moet in de tussenliggende tijd aangepast zijn, want hij weet er niets meer van. Dat is tot daaraan toe. Veel erger was dat hij de kwestie aangreep om een andere bevolkingsgroep een venijnige veeg uit de pan te geven:
‘Ze hebben nog lelijker dingen over me gezegd, dat ik een Armeniër ben.’
Fijne uitspraak voorafgaand aan 2015, wanneer voor de honderdste keer ‘de gebeurtenis van 1915’ herdacht wordt, die buiten Turkije vooral als de Armeense genocide bekend staat. De stemming voor die herdenking is daarmee nu al gezet door Erdogan.
Erdogan vond het kennelijk nodig om de etnische en religieuze tegenstellingen in Turkije nog eens extra op scherp te zetten. Daar is hij zoals bekend verzot op. Dat de term racisme hier goed bij past volgens critici in de media, doet er niet toe voor hem. Veel belangrijker is dat zijn stemmers hem een echte kerel vinden wanneer hij die critici als een dolle stier intimideert. Amberin Zaman   Journaliste Amberin Zaman zag de AKP ooit helemaal zitten, maar kwam rigoureus tot inkeer. Kort voor de verkiezingen interviewde ze CHP-leider Kilicdaroglu. Toen hij opmerkte dat AKP-stemmers kritiekloos aannemen wat Erdogan hen wijs maakt zei Zaman:
‘Valt het niet te verwachten dat in een land waar moslims in de meerderheid zijn, en waar de islam de gemeenschap voor het individu plaatst, het onderwijssysteem kritisch denken ontmoedigt?’
Dit kwam Zaman op een haatcampagne te staan waar de honden geen brood van lustten. Pro-AKP media noemden haar een ‘joodse teef’, die ‘seksslavin van islamitische jihadisten in Irak moest worden.’ Op de sociale media beschuldigden ‘Erdoganisten’ (een nieuw begrip) haar er van ‘moslims en de islam’ te beledigen.   Het was de hypocrisie ten top, want toen oud-minister van Europese Zaken, en Erdogans vertrouweling, Egemen Bagis tijdens een uitgelekt telefoongesprek met een bevriende journalist zeer laatdunkende uitlatingen deed over de islam, was er uit de hoek van de AKP geen verwijt hoorbaar. Ook niet toen de met Bagis bevriende journalist zijn excuses aanbood voor het gesprek en daarmee de authenticiteit van de opname bevestigde.
Bovendien, was het wel zo beledigend wat Zaman zei? Voormalig milieuminister Erdogan Bayraktar van de AKP kon vorig jaar nog bijvoorbeeld ongestraft het volgende zeggen:
‘We leven in een islamitisch land, dus we kunnen niet verwachten uitvinders en wetenschappers voor te brengen.’
Dat Zaman tijdens een verkiezingsbijeenkomst door Erdogan werd uitgemaakt voor ‘een schaamteloze militante vrouw die zich journalist noemt en haar plaats zou moeten kennen’, leidde tot een verontruste reactie van de Organisatie voor veiligheid en samenwerking in Europa (OSCE). Dunja Mijatovic van de OSCE, die in Turkije aanwezig was om de verkiezingen te monitoren, stelde in een schriftelijke verklaring:
‘Ik ben gealarmeerd door het laatste voorbeeld van intimidatie en bedreiging van journalisten in Turkije. Kritiek is een essentieel element binnen een democratische debat, dat beschermd in plaats van aangevallen zou moeten worden door de autoriteiten. De grootscheepse haatcampagne tegen Amberin Zaman bedreigt haar veiligheid.’
Regenboogvlag Intimidatie van journalisten, autocratisch bestuur, corruptie, een desastreus buitenlandbeleid, Erdogan en de AKP komen er stuk voor stuk mee weg. Zelfs bij stemmers van wie het sowieso de vraag is waarom zij in vredesnaam de AKP steunen.
Een week voor de presidentsverkiezingen verscheen een bericht over homoseksuelen die tijdens een openbare AKP-bijeenkomst in de provincie Kocaeli met een regenboogvlag zwaaiden. Dat deden zij niet om te protesteren tegen Erdogan, maar om te benadrukken dat binnen de AKP een ledengroep van homoseksuelen is opgericht.
Dat laatste is opmerkelijk, in aanmerking genomen dat voormalig AKP-minister Aliye Kavaf homoseksualiteit drie jaar geleden nog een ‘ziekte’ noemde. Bovendien wees de AKP verleden jaar nog een initiatief van de CHP af om homoseksuelen tegen discriminatie te beschermen. Dat zou volgens de AKP leiden tot ‘gedrag dat de mensen niet goedkeuren’. De AKP sprak zich verder uit tegen termen als ‘seksuele identiteit’ en ‘seksuele oriëntatie’ in een nieuw op te stellen grondwet.
Geen partij voor homoseksuelen dus. Toch zijn er onder hen dus die daar anders over denken. Het zullen er niet veel zijn. Een paar dagen voor de verkiezingen maakten organisaties van homoseksuelen bekend dat hun voorkeur naar Demirtas uitging. Onverklaarbare uitzonderingen zijn er altijd. In Nederland zullen ook wel een paar gekke moslims rondlopen die op Wilders stemmen…    
Felicitaties Maar hoe dan ook, hierbij gaan mijn felicitaties uit naar de Turkse homoseksuelen die menen dat Erdogan er ook voor hen is. Daarnaast feliciteer ik de Turken die er niet om malen dat de snel groeiende inflatie in Turkije grotendeels op de schouders van de laagstbetaalden neerkomt. Felicitaties ook voor hen in Turkije die er geen probleem mee hebben dat hun werkplaatsen levensgevaarlijk zijn. Ik feliciteer de Turken die in de corruptie van de AKP liefdadigheid herkennen. En de Turken die het prima vinden dat hun land zich met een onbezonnen buitenlandbeleid isoleert in de regio en de rest van de wereld.
Aan de Turken die zich hier niet in kunnen vinden, zou ik zeggen: maakt u zich op voor zwaar weer de komende vijf jaar.
Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (Uitgeverij EPO, Antwerpen, 2012).   Volg Peter Edel ook op Twitter.

Meer over:

opinie, wereld
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.