Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Trial by media

  •  
05-05-2012
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
60 keer bekeken
  •  
BNNVARA fallback image
Justitie en media valt een gebrek aan terughoudendheid te verwijten in de zaak van de gedode juwelier Stratmann
Laat ik beginnen met te zeggen dat ik ‘de’ media niet veel verwijt. Van kranten als de Telegraaf, gratis krant Spits en in mindere mate het AD weten we dat ze met weinig terughoudendheid zullen berichten, van een tv rubriek als de Jakhalzen evenmin. In de zaak van de gedode juwelier Stratmann is dit niet anders geweest. Hadden ze terughoudender kunnen zijn? Jazeker.
Toch, met het vrijgeven van de volledige namen van de verdachten (ze zijn verdachten tot de rechter anders doet besluiten) en foto’s door Justitie valt een gebrek aan terughoudendheid hen vooral te verwijten. Dit gebrek aan terughoudendheid zorgt ervoor dat media in hun koppen/ aankondigingen kunnen speculeren of het om een moord, een roofmoord of een roofoverval gaat. Het enige dat in de koppen ontbrak was doodslag, wat vaststaat is dat ze nog, voordat een rechter naar de zaak heeft gekeken schuldig zijn bevonden. Ik denk persoonlijk dat de jongen doodslag of een andere vorm van doodslag aangerekend zal worden, maar geen moord.
Burgemeester Jozias van Aartsen
In een poging te verklaren waarom het nodig was de beelden vrij te geven zegt burgemeester Van Aartsen in het Brabants Dagblad:
Maar mijn rol is een andere. De onrust, de gevoelens van onzekerheid nemen door deze vreselijke daad zo toe in de stad, dat het, denk ik, gerechtvaardigd is dat je op deze wijze opspoort.”
De burgemeester denkt dit, maar de vraag blijft bij mij steeds of dit wel nodig was. Was er een mogelijkheid om de jongens op te pakken door goed recherche werk te verrichten of liep het onderzoek vast en is vervolgens besloten om de foto’s en namen van de verdachten vrij te geven? Nee, dit was niet zo. Na het vrijgeven van de beelden kwamen er ruim 200 meldingen binnen en waren de namen van de verdachten bekend bij politie en justitie. De ouders van de jongens zijn benaderd en hen is medegedeeld dat als de jongens zich niet melden, hun namen en foto’s vrijgegeven zullen worden. Dat ouders niet hoeven mee te werken aan de veroordeling (het verschoningsrecht) van hun kinderen deed er niet toe. Gratis krant Spits bracht het als volgt: “Ouders laffe rovers weigeren hulp.”
Tegen RTL Nieuws zegt burgemeester Van Aartsen hetzelfde als in het Brabants Dagblad staat, wel geeft de burgemeester nog aan dat eventuele strafvermindering in deze zaak nog moet blijken en dat dit ‘voer’ voor juristen is. Opmerkelijk, want als je de gevoelens en onzekerheid van deze vreselijke daad voor de inwoners van je stad zo serieus neemt, zou je toch willen dat van strafvermindering geen sprake kan zijn. Zeker niet als dit voorkomen had kunnen worden door de recherche haar werk te laten doen. In het artikel “Vrijgeven foto’s na juweliermoord gerechtvaardigd” op de site van RTL nieuws geeft Van Aartsen ook aan dat deze aanpak potentiële overvallers moet waarschuwen, opdat hun daden nooit straffeloos zullen blijven.
De uitspraken van Van Aartsen stroken naar mijn mening niet met elkaar. Of je probeert de onrust en de gevoelens van onzekerheid bij inwoners in je stad weg te nemen óf je acht een waarschuwing afgeven aan overvallers die zonder gelaatsbedekking een overval plegen van groter belang.
Wat ik persoonlijk meer mis in de uitspraken van burgemeester Van Aartsen is dat het recht primair voor de nabestaande moet zegevieren.
Hulpinstanties
Het AD kwam met de kop: “Negen hulpinstanties kregen geen vat op Sandro en Ziya.” We weten dus als volgers van het nieuws dat de jongens al langere tijd in beeld waren bij hulpinstanties, voor wie Bureau Jeugdzorg het woord voert. Doet dit er voor de lezers toe? Nee, helemaal niets. De jongens zijn in hechtenis genomen en zullen straks verantwoording voor hun daden tegenover een rechter af moeten leggen. Ik ben eerder geneigd mij te verbazen over het feit dat het AD rapportages in handen heeft van de jongens die bij deze hulpinstanties bekend waren. Ik neem aan dat deze rapportages vertrouwelijk waren en vraag mij dan ook af of zij (de mensen bij deze hulpinstanties) beseffen dat dit lekken ervoor kan zorgen dat cliënten in de toekomst voorzichtiger zijn in wat zij wel en vooral wat zij niet zullen delen met hun vertrouwensperso(o)n(en).
Dit soort lekken baart mij grote zorgen, al is dit kennelijk iets wat er niet/minder toe doet voor Bureau Jeugdzorg directeur Hans Beelen. Hij ziet liever dat de politiek besluit dat probleemjongeren tot hun 23ste levensjaar onder toezicht gesteld kunnen worden. Dit is politiek niet wenselijk heb ik begrepen. Ook nu is van enige zelfreflectie weer geen sprake.
Vorig jaar sprak ik met een jeugdhulpverlener die ruim 24 jongeren moest begeleiden naar een ‘beter leven’. De jongens hadden allemaal eerder iets strafbaars gedaan, onder zijn begeleiding was dit niet veel anders. Van de 24 jongeren gingen er 22 binnen drie maanden weer in de fout, de overige twee volgden in de vierde maand. De persoon die ik toen sprak begon over tal van manieren waarop hij probeerde de jongens op het rechte pad te houden, tot aan het bestraffend toespreken van de ouders. Op mijn vraag of hij weleens eraan heeft gedacht om zijn aanpak te evalueren en aan te passen was zijn antwoord een duidelijke nee, want de aanpak werkt wel, alleen zijn de cliënten soms lastiger. In dit kader plaats ik dan ook de uitspraak: “Je streeft naar progressie, maar soms ben je blij dat de situatie min of meer stabiel blijft” van Bureau Jeugdzorg directeur Beelen in het AD.
Het gebrek aan zelfreflectie, de logheid, het te versnipperde landschap van hulpinstanties, het gebrek aan (goede) samenwerking tussen hulpinstanties, gebrek aan kennis/ervaring bij veel hulpverleners en het gebrekkige besef dat dossiers lekken van (voormalige) cliënten ten koste gaat van de vertrouwensrelaties tekent hulpverlenend Nederland. Bureau Jeugdzorg moet de politiek niet oproepen om jongeren tot hun 23ste onder toezicht te kunnen houden, maar zou de politiek moeten smeken een parlementaire enquête jeugdhulpverlening te organiseren.
Volkswoede
Ik geloof niet in volkswoede. Natuurlijk, als iemand het leven ontnomen worden schrik ik daar soms van. Zelden kan ik er alleen echt boos om worden, als een band met iemand ontbreekt is het voor mij persoonlijk moeilijk om oprecht boos, laat staan woedend te zijn. Zo ook nu. Wat heeft het voor zin om als buitenstaander woedend te zijn op de daders als ik dit over een maand, over twee maanden of misschien over drie maanden grotendeels vergeten zal zijn? Is dit niet iets wat voor de meeste mensen opgaat of weet iedereen nog precies wie wanneer het leven afgepakt werd? Weten we nog, zonder dit op te zoeken, wie doodgeslagen werd op station Vlaardingen-Oost? Of wie in Leeuwarden werd doodgestoken na een opmerking gemaakt te hebben over een kapot gegooid bierflesje? Of voor wie nog niet zo lang geleden in Rotterdam-Zuid een stille tocht gelopen werd? Ik hoef hier uiteraard geen antwoord op te krijgen.
Of er nu sprake is van echte volkswoede durf ik dan ook te betwisten, ik zou eerder zeggen gecreëerde tijdelijke boosheid of schrik. In verschillende reageerruimtes op nieuwssites en ook op Twitter wensen vreemden de daders (en in sommige gevallen ook de ouders) het ergste toe. Van vierendelen, in stukjes hakken, door hun ‘kop’ schieten, martelen, handen afhakken, ziektes als kanker en ga zo maar door. Een enkeling kwam ik tegen die vond dat de daders levenslang moeten krijgen en na deze straf teruggestuurd moeten worden naar Marokko. De goed geïnformeerde reageerders zijn kennelijk in de veronderstelling dat levenslang in Nederland geen levenslang is en dat veroordeelden kennelijk altijd naar Marokko heengezonden dienen te worden.
Wat “volkswoede” ook nu weer voor mij duidelijk maakt zijn twee dingen. Het eerste is dat wij allen in staat zijn om te moorden, al pleegt slechts een klein percentage dit soort delicten echt. Het tweede is dat de politiek hier terughoudend mee om moet gaan en dit niet leidend moet willen maken om vergaande wetgeving in te voeren, waarbij politie en justitie vrij spel hebben en de rechter er straks is om slechts een straf af te stempelen. Voor we het weten stemt de meerderheid voor de doodstraf, omdat het volk zo boos is dat de maatregel doodstraf weer het levenslicht zou moeten zien.
Tot slot zou ik mijn bewondering willen uitspreken over de oproep van de weduwe van wijlen de heer Stratmann om niet toe te geven aan gevoelens van woede. Haar oproep is een waar iedereen van kan leren.

Meer over:

opinie, leven
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.