Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Waar is het misgegaan?

  •  
23-01-2014
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
109 keer bekeken
  •  
BNNVARA fallback image
Wij zouden het anders doen. Wij kinderen van de jaren '70. 
Het eerste ontslag in mijn vriendenkring viel bij een vriendin. Ze werkte als locatiemanager in de kinderopvang dus zo gek vonden we dat niet. We trokken een fles wijn en een doos met tissues open en stelden haar gerust: met haar kennis en ervaring zou zo weer iets anders vinden. Ondertussen waren we blij met onze banen, contracten en zekerheden.
Maar kort daarna werd een vriend ontslagen, 40 jaar en al jaren werkzaam in de, stervende, grafische sector. Een andere vriendin kon direct naar huis nadat de directeur in tranen had verteld dat een faillissement was aangevraagd. Het contract van weer een andere vriendin werd niet verlengd door een reorganisatie en zo waren er nog veel meer. Op een feestje (zelf drank meenemen) stelden we een werkloosheidspercentage vast van 70% in onze vriendengroep.
Mijn vrienden zijn stuk voor stuk getalenteerde, hoogopgeleide mensen met in sommige gevallen kinderen, maar in alle gevallen met vaste lasten die gebaseerd zijn op een dubbel inkomen. Allemaal mensen met een koopwoning die zo in waarde is gedaald dat verkopen een verlies betekent van 20.000 tot zelfs 60.000 euro.
De nieuwe regel dat banken een hypotheekschuld mee-financieren bij een volgende woning is mooi bedacht, maar dan moet je wel eerst aan een aantal voorwaarden voldoen. Je moet werk hebben bijvoorbeeld. En je moet vooral geen vrienden hebben in Tiel, want met een BKR-notering staan de banken niet voor je in de rij. Zelfs als je al je abonnementen hebt opgezegd, je auto hebt verruild voor een fiets en de Albert Heijn voor de Lidl, dan heb je zo’n notering snel op je naam staan wanneer je rond moet zien te komen van 70% van je laatst verdiende salaris, of zelfs een bijstandsuitkering.
Natuurlijk is er altijd werk en solliciteren mijn vrienden op elke baan die ook maar een beetje bij ze past. Maar na elk sollicitatiegesprek volgt ook elke keer de afwijzing. Bij iedereen sijpelt langzaam het hoe-wil-je-me-hebben?-syndroom in. Kregen ze na het laatste gesprek de feedback dat ze te meegaand waren? Tijdens het volgende gesprek stellen ze zich steviger op, om daarna te horen dat ze niet door zijn gegaan naar de volgende ronde omdat ze te stellig waren. 
De vriend uit de grafische sector blijft gelukkig wel bij zichzelf. Toen ze hem tijdens een sollicitatiegesprek vroegen hoe hij als leidinggevende “wel even de zweep erover zou leggen” legde hij vriendelijk uit dat hij toch meer een ‘mensen-mens’ was. De baan kreeg hij niet. Wel belde, tot grote verbazing van mijn vrienden, de jobcoach van het UWV om te vragen hoe het gesprek was gegaan. “We bellen steekproefsgewijs”, legde de jobcoach uit die het “niet zo heel handig” vond dat mijn vriend te eerlijk was geweest. 
Datzelfde UWV werft sinds vorig jaar regelmatig freelance communicatieadviseurs voor een flexpool. Dit doen ze via een openbare marktplaatsconstructie met zogenaamde ‘knock-out’ criteria. Toen ik voor de derde keer werd afgewezen, werd me duidelijk dat je sollicitatie alleen in behandeling wordt genomen als je een WO-opleiding hebt, in de afgelopen 5 jaar minimaal 1 jaar en 24 uur per week bij 2 opdrachtgevers met elk meer dan 1500 medewerkers hebt gewerkt, wanneer je twee referentieprojecten kunt overleggen (met een uitgebreide toelichting) én dat je aantoonbaar met openbaar vervoer zult reizen. Er valt wat te kiezen en dus te eisen, ook door het UWV.
Waar is het misgegaan? Geloofden wij als pragmatische jaren ’70-generatie te veel in de maakbaarheid van de wereld? Dachten we dat het alleen bij de crisis van onze ouders, die in de jaren ’80, zou blijven? Dachten we dat het wel goed zou komen als we maar eerlijk zouden zijn en hard zouden werken?
Ja, dat dachten we.
Wij zouden het anders doen. We wilden alles en we wilden het meteen. Het bed met knisperende, frisse lakens lag al gespreid toen we in de jaren ’90 op de arbeidsmarkt kwamen en mee konden hypen op de bubble . De kussens klopten we zelf nog eens extra op.
We wilden een carriere, we wilden kinderen, we wilden ons blijven ontwikkelen en we vergaven onszelf en elkaar die onvermijdelijke dertigersdip. We werkten hard en rekenden ons rijk. We sloten tophypotheken af bij banken die ons tweeverdieners dolgraag wilden hebben. We gingen niet twee, maar drie keer per week uit eten en toen de kinderen er eenmaal waren, was er de kinderopvang en voor elke ouder een ‘zorgdag’. We vroegen ons niet af óf we nog op vakantie gingen, maar waar naartóe. Zelfs toen in 2008 de crisis uitbrak was deze niet van ons, maar van de generatie voor ons.
Is het dan allemaal kommer en kwel in mijn vriendenkring? Nee, gelukkig niet. Zij blijven solliciteren en ik blijf zoeken naar freelance-opdrachten. We zijn er ’s middags met thee voor de kinderen (die daar niet per se op zitten te wachten nu ze pubers zijn, maar toch). Sommigen van ons doen vrijwilligerswerk, volgen een opleiding of beginnen eindelijk aan het schrijven van dat boek. We hebben de sjoelbak van zolder gehaald en Kolonisten van Catan uit de kast getrokken  en we zijn het er unaniem over eens dat de vijf altijd wel ergens in de klok zit. 
Maar boven alles blijven we collectief hopen op betere tijden. We blijven hopen op een nieuwe periode die we dan wél op waarde zullen schatten. Want we zullen nooit meer vergeten hoe het voelt om met een volle boodschappenkar, samengeknepen billen en jengelende kinderen te moeten anticiperen op het meedogenloze ‘geen saldo, betaal anders’.
Dat beloven we. 

Meer over:

opinie, leven
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.