Waarom antioxidanten belangrijk zijn

Wie weet er nog wat gezonde voeding is? Langzaam maar zeker is onze cultuur veranderd in een wereld vol verborgen bedreigingen en pogingen ons daar tegen te verweren. Hoe moeten we handelen om te voorkomen dat onze gezondheid geschaad wordt? En op welke terreinen moeten we extra voorzichtig zijn? In een sfeer van paranoia over wat we in onze mond stoppen verandert ons eetgedrag. Niets lijkt zeker meer. Wat gisteren gezond leek moeten we nu vermijden. Mochten tien jaar geleden de eieren niet, nu zijn ze weer gezond, maar is er altijd wel een voedingsdeskundige die niet weet wat hij nu weer moet schrijven en nog eens de roede over de billen haalt van de eiliefhebbers. Alsof een ei het enige is dat we te eten krijgen en we lezen over het cholesterol dat in onze bloedvaten vast zal plakken, het bloed zal stremmen en ons hart zal stoppen.

De beschermers Toch ga ik het maar weer proberen. Over de antioxidantjes die in allerlei groenten en fruit zitten. Ze zijn zo belangrijk! Antioxidanten beschermen onze cellen tegen schadelijke invloeden. Hun belangrijkste taak is om de zogenaamde vrije radicalen te neutraliseren. Vrije radicalen zijn het resultaat van de oxidatie die ons lichaam plaats vindt. Bij veel vrije radicalen hebben we het over oxidatieve stress. Dat is weer verantwoordelijk voor de degeneratie van onze lichaamscellen. Lees: veroudering.

Het lijkt alsof wij allerlei boeken moeten lezen om te leren wat we moeten gaan eten. In de natuur werkt het echter nooit zo. Daar gebeurt het automatisch. In de natuur is het dankzij allerlei feedbackmechanismen zo geregeld dat ze gezondste keuzes vanzelfsprekend zijn. Neem de antioxidantjes bijvoorbeeld. Bij vliegen ontstaat er oxidatieve stress door verontreiniging in de voeding, maar gelukkig zijn er antioxodanten die de vrije radicalen kunnen neutraliseren. Azijnvliegen herkennen de geur van antioxidanten en worden daardoor aangetrokken. Daardoor neemt de eetlust toe en komen de eitjes bij de vrouwtjes in een betere positie om bevrucht te worden te liggen. Zo lost de natuur dat op. En wij?

We hebben steeds minder tijd om te eten, hebben de voedingsproductie grotendeels uit handen gegeven en zijn afhankelijk geworden van wat er in de supermarkt ligt. Ik kan je verzekeren dat je met wat daar ligt heel gezond kunt eten, maar door de cultuur van paniek rond eten weten we niet meer goed wat we in ons karretje moeten gooien, door tijdgebrek kopen we producten die snel klaar zijn (vaak zijn dat geraffineerde koolhydraten zonder vezels), omdat de kinderen het lekker moeten vinden – anders heb je die heisa aan tafel – kopen we wat ze lekker zullen vinden (daar is meestal suiker aan toegevoegd) en met duizenden commercials gebombardeerd zijn we gaan geloven dat als je wat wilt drinken er van alles te kiezen moet zijn in huis en vergeten dat water goed genoeg is. Kortom velen van ons komen met zeer eenzijdige voeding thuis.

Het gevolg? Dat slechts 30 procent van de Nederlanders voldoende verse groente en fruit binnenkrijgt en daarmee die kostbare antioxidantjes. Wat betreft kinderen – waarvan we weten dat ze notoire groentehaters zijn – zijn de cijfers nog ongunstiger. Zouden we voldoende vezelrijke voeding en fruit eten dan zou een groot deel van onze problemen opgelost zijn. Ik ga hier niet voor de zoveelste keer op schrijven dat de superfoodverkopers de producten met de meeste antioxidanten heilig hebben verklaard en ons nog meer in de war brengen. Ze kunnen geen kwaad hoor, maar we moeten gewoon goed in de gaten houden dat we 200 gram verse groente en fruit per dag moeten eten. Linksom of rechtsom. Het maakt niet uit waar ze vandaan komen of wat je ervoor betaald hebt.

Het laatste boek van Ivan Wolffers is ‘Als de tijd voor altijd stil zou staan ‘

Volg Ivan Wolffers ook op Twitter Ivan schrijft voor Joop regelmatig een Gezond Weetje:  klik hier voor een overzicht