Geef jonge talenten een ov-studentenkaart

Met een ov-studentenkaart worden de top dans- en muziekopleidingen bereikbaar voor elk kind met toptalent, waar je ook woont en onafhankelijk van de financiële situatie thuis, betoogt de actiegroep OV4damu.nl.

In haar brief van 28 augustus 2014 aan de Tweede Kamer maakt minister Bussemaker kenbaar dat ze 5 miljoen euro beschikbaar stelt voor ondersteuning van jonge talenten die ‘over het potentieel beschikken om hun artistieke en creatieve talent op een hoog niveau te beoefenen’. Als ouders van kinderen die de hbo-vooropleiding van de Nationale Balletacademie in Amsterdam volgen, willen we graag de aandacht vestigen op het grootste struikelblok bij talentontwikkeling van jong dans- en muziektalent: de reiskosten. Daardoor zijn de vooropleidingen in dans en muziek (DAMU) niet bereikbaar voor alle kinderen met talent. Ons voorstel: geef de DAMU-talenten een ov-studentenkaart.

Als je een getalenteerd kind hebt dat niets liever wil dan ballerina worden, dan ondersteun je als ouder je kind om deze droom te verwezenlijken. Als het potentieel wordt erkend en ze wordt toegelaten tot de vooropleiding, heeft de jonge ballerina geluk: zij kan de beste opleiding krijgen die je maar kan wensen. Bijvoorbeeld bij de Nationale Balletacademie in Amsterdam of het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Het is hard werken; de talenten dansen zo’n 15 uur per week en doen mee aan professionele voorstellingen. De danslessen worden gegeven door vakkrachten die zelf jaren aan de top hebben gedanst – het enthousiasme en het vakmanschap spatten eraf. Daarnaast moeten ze gewoon blijven leren en huiswerk maken. Het onderwijsprogramma is met een speciale DAMU-regeling hierop afgestemd. Zo’n 200 kinderen volgen de vooropleiding academische dans (klassiek ballet) en nog enkele honderden doen de hbo-vooropleiding in andere dans- of muziekdisciplines. Daarnaast gaan ze gewoon naar de basisschool, havo of vwo.

De politiek heeft met de DAMU-regeling gekozen top-dans- en muziekopleidingen in combinatie met voortgezet onderwijs mogelijk te maken. Dit onderwijs is echter maar op een beperkt aantal locaties beschikbaar. Investeren in talent begint dus met deze opleidingen bereikbaar te maken voor alle kinderen met talent. De reiskosten vormen namelijk het grootste struikelblok voor ouders. Er is niets geregeld voor de reiskosten van jonge studentjes van 12 jaar en ouder. Dat schrikt ouders af. Daarbij komen nog andere kosten zoals het lesgeld, kleding, spitzen. En elk jaar wordt opnieuw bekeken of je het vereiste niveau haalt. Dat risico is inherent aan de hoge eisen die de top stelt. Het is van groot belang dat financiële barrières worden weggenomen, zodat alle kinderen de kans kunnen krijgen zich jong te ontwikkelen.

Wij, ouders van jonge danstalenten, begrijpen de gedrevenheid van kinderen met een droom en ondersteunen het avontuur – voor zover we kunnen. Wij zien namelijk dagelijks bij onze kinderen hoe fijn het is als je talent wordt erkend en je ermee aan de slag kunt. Wij zien alle prestaties van onze kinderen verbeteren en, belangrijker nog, we hebben gelukkige kinderen die werken naar een doel. Dit ligt precies in het verlengde van de onderwijsagenda van minister Bussemaker.

Willen we Nederlands talent op topniveau ontwikkelen, dan moeten de financiële barrières voor de gezinnen weggenomen worden zodat jong talent kan toestromen zonder zorgen. Daarom verzoeken wij minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker om te laten zien dat zij talentontwikkeling daadwerkelijk waarderen en stimuleren: geef jonge talenten een ov-studentenkaart. Dat maakt de top dans- en muziekopleidingen bereikbaar voor elk kind met toptalent, waar je ook woont, onafhankelijk van de financiële situatie thuis.

Elisa Veini, Stefan Flos , Ruankaew Bumrung, Paul van der Stap, Mardoe Painter, Sean Painter, Sonja Veenstra-de Vries en Harm Veenstra
Ouders van DAMU-leerlingen op de Nationale Balletacademie en de actiegroep OV4DAMU.nl