Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Overschat de steun voor IS niet

  •  
25-08-2014
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
RTEmagicC_Han_vd_Horst-Mooiste_jaren_van_Nederland.jpg.jpg
De sympathie voor de Islamitische Staat is misschien breed, maar gaat niet diep
Je hoeft ’s-avonds niet onder je bed te kijken om te zien of de zoon van je islamitische buurman er soms ligt met een broodmes.
Volgens minister Asscher moeten we ons niet gek laten maken, maar toch wekt hij met zijn uitspraken van deze maandag de indruk dat hij het kalifaat ziet als een soort epidemie die zich langzaam maar zeker in de moslimgemeenschappen over de hele wereld verspreidt. Dat Abu Bakr Al-Baghdadi over een vijfde kolonne beschikt, die hij overal kan activeren.
Zulks zeiden ze rond 1970 over China en Vietnam ook. Wie op zaterdag in de grote steden ging winkelen, kwam daar jongeren tegen die probeerden je een Rode Tribune te verkopen. Dat waren de maoïsten van het Marxistich Leninistich Centrum Nederland onder leiding van de rechtzinnige ideoloog Nico Schrevels. Daarnaast bestonden er concurrerende clubjes, die op een of ander klein ideologisch puntje van dit centrum verschilden en de verkopers van de Rode Tribune daarom voor kapitalistenknechten uitmaakten.
Het MCLN en de concurrenten waren politieke sektes van minieme omvang. Ze stelden niets voor. Ze verspilden een groot deel van hun energie aan eindeloze discussies en het uitventen van dat krantje. Toch hadden China en Mao Tse Toeng bij veel mensen in die tijd een redelijke reputatie. Ze vonden dat hij eigenlijk wel een punt had, net als de Vietnamees Ho Chih Minh en zijn strijd tegen de Amerikanen in Zuid-Vietnam. Hun oplossingen waren natuurlijk niets voor Nederland en Europa, maar in het Verre Oosten met zijn scherpe tegenstellingen tussen arm en rijk en zijn interventies door het Amerikaanse imperialisme viel er misschien wat voor te zeggen.
Zo dachten ik en mijn omgeving er over en daarom woonden wij Vietnamdemonstraties bij, waar  wij kleine stukjes hard liepen terwijl we op de maat van onze looppas “Ho Ho Ho Chih Minh” scandeerden. De opkomst was altijd goed, eerder duizenden dan de honderden die men tegenwoordig meestal bij elkaar krijgt. Zo nu en dan kwam het tot geweld. Dan trad de mobiele eenheid aan, die zich toen nog met ronde rieten schilden tegen projectielen moest beschermen. Zo’n skowtoe van veertig jaar geleden – “wout” zeiden wij meestal – kreeg je blind van woede met de eenvoudige kreet: “ME, weg er mee!”. Ook brachten wij dan soms de Hitlergroet om zo visueel tot uitdrukking te brengen van welke levensvisie wij de ME betichtten. Maar het was lang niet altijd matten en na afloop gingen wij tevreden naar huis.
Natuurlijk waren wij op de hoogte van de mensenrechtenschendingen zoals die in China of het Vietnam van oom Ho plaats vonden. Wij veroordeelden die. Wij vonden dat Ho Chih Minh te ver ging en dat dit eigenlijk op moest houden. Maar, redeneerden wij verder, was het westen dan een haar beter? Waren de bombardementen van de Amerikanen met hun agent orange, niet veel erger dan wat oom Ho aanrichtte? Dat waren pas oorlogsmisdaden. Wat oom Ho deed was daar onder die omstandigheden voorstelbaar.  We hadden een niet al te doordachte sympathie voor wat we aanzagen voor een bevrijdingsstrijd. We trokken daar geen consequenties uit . Het was eigenlijk alleen maar voer voor kroeggesprekken en discussies van vergelijkbaar allooi. Ook kon je er vaders, moeders, ooms en tantes mee stangen.
Aan dit alles moet ik terugdenken nu ik de paniek van de omstanders zie over de aanhang die de Islamitische Staat zich in het westen zou verwerven. Ook hier lijkt sprake van een kleine groep fanatieke aanhangers, die numeriek weinig voorstellen. Aan de andere kant bestaat er waarschijnlijk een veel grotere groep die vindt dat Abu Bakr al-Baghadi ondanks alles óók wel een punt heeft. Dat het allemaal veel te ver gaat maar dat het daar onder die omstandigheden wel voorstelbaar is. Bovendien laat die Islamitische Staat de westerse imperialisten hoe dan ook een poepie ruiken. Je kunt er geen begrip voor hebben als jongens en meisjes naar Irak gaan om daar te vechten, maar het valt wel te begrijpen dat sommige mensen met een bepaalde karakterstructuur dat doen. Op een bepaalde manier vraagt Dronebama er ook om.
Het valt niet mee om zulk een naïeve sympathie te bestrijden. De inzet van allerlei autoriteiten – of lui die daarvoor doorgaan – binnen islamitisch Nederland – zal in ieder geval niet helpen. Boze jongeren laten zich door het establishment niets gezeggen. Morele betogen en boetpredicaties schampen af op de geestelijke instelling van de sympathisant. Hem wegzetten als fellow traveller of lid van een vijfde kolonne werkt averechts. Proberen het internet te sluiten voor Isis-propaganda zal de Islamitische Staat alleen maar meer geloofwaardigheid verschaffen. Die boodschap moet immers wel heftige waarheden bevatten, als de overheid haar aan ons wil onthouden.
Het enige wat mensen tot inzicht brengt, is eerlijke informatie, de feiten nuchter gebracht door onafhankelijke nieuwsorganisaties. Dan gaat het op den duur dagen. Dan wordt de goedgelovigheid aangetast. Dan erodeert het allemaal wel, net zoals de sympathie destijds voor China en Vietnam. Maar langzaam. Dat wel. Dat zeker.
Dit alles is geen reden om het gevaar en de slagkracht van de Islamitische Staat te onderschatten, maar de “takfir” van de sympathisanten is net zo veel waard als het “Ho ho Chih Minh” van ons. Niet zoveel. De breedte is omgekeerd evenredig met de diepgang.
Je hoeft ’s-avonds niet onder je bed te kijken of de zoon van je islamitische buurman er soms ligt met een broodmes.
Het nieuwste boek van Han is De Mooiste Jaren van Nederland (1950-2000)

Meer over:

politiek, opinie
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.