Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Twee presidenten (en een paus)

  •  
14-11-2014
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
RTEmagicC_df1cd740a6.jpg
Islamistische nouveau riche in Turkije en nieuwe Latijnse matigheid
Het nieuwe presidentieel paleis in Turkije. Dertig keer groter dan het Witte Huis; Versailles kan er vier keer in. Met in totaal 300.000 vierkante meter vestigt het ‘AK Saray’ (Witte Paleis) een record als het grootste paleis ter wereld. Eerder was dat record in handen van Brunei, maar de sultan daar kreeg het nakijken. Ook als het om kosten gaat: het nieuwe onderkomen van de Turkse president kost de lieve som van 615 miljoen dollar. Maar dan heb je ook wat. Duizend kamers en toiletten met behang van zijde, het staat in schril contrast met de armoede in Turkije.
Vijanden van de natie
Erdogan woont de komende jaren in een paleis waarvan de omvang zijn ambities volgt. Daar moest veel voor wijken. Niet alleen bomen, maar ook uitspraken van rechters tegen de bouw. Dat zet de reeds aangevreten rechtsstaat verder onder druk, met het risico dat buitenlandse investeerders zich afvragen of hun miljarden veilig zijn in Turkije.
Voor ‘vijanden van de natie’ als lastige rechters en critici van het bouwproject had Erdogan eerder een krachtige boodschap: ‘Niemand kan de voltooiing van dit gebouw voorkomen. Als ze machtig genoeg zijn laat ze dan maar komen om het te vernietigen.’
Franciscus Het presidentieel paleis benadrukt hoe belangrijk de status van afmetingen en recordbedragen zijn voor Erdogan en zijn ‘new money’. De eerste buitenlandse gast van het Witte Paleis heeft aan dergelijk snobisme echter totaal geen boodschap. Ik heb het over paus Franciscus, die Turkije eind deze maand bezoekt. In de eerste plaats overigens voor een ontmoeting met het oecumenische patriarchaat in Istanbul.
De Pontifex Maximus bekritiseert de excessen van graaikapitalisme, zoals in Turkije, en is wars van poenig gedoe. Dat hij door Vaticaanstad tuft in een stokoud Renaultje 4 en daar voor een eenvoudig onderkomen heeft gekozen, zegt veel over zijn soberheid. Hij doet denken aan de Franciscaner monniken in Umberto Eco’s Naam van de Roos. Met de rechtse malloot Rush Limbaugh, die hem een marxist noemde, als de inquisiteur Bernardo Gui. Franciscus reageerde ontkennend op Limbaughs aantijging, maar zei zich niet beledigd te voelen, omdat hij veel marxisten ontmoette die hij als ‘goede mensen’ beschouwde.
De Kamer van architecten in Ankara begon verschillende procedures tegen de bouw van het Witte Paleis en vroeg Franciscus of hij afwezig wilde blijven bij een ceremonie die er tijdens zijn aanwezigheid zal plaatsvinden. Zover zal het waarschijnlijk niet komen, kwestie van protocol.
José Mujica
Paus Franciscus heeft een zwak voor de slachtoffers van armoede. Daar vindt hij een geestverwant in José Mujica, de president van Uruguay. Die twee hadden al eens een gesprek. Mujica is atheïst, maar dat stond wederzijds respect niet in de weg. Mujica heeft op zijn beurt iets gemeen met Erdogan. Beide werden met 53 procent van de stemmen verkozen en hebben ervaring achter de tralies. Erdogan tien maanden, voor het citeren van een islamistisch gedicht. Mujica dertien jaar, omdat hij zich in de jaren zeventig en tachtig verzette tegen de militaire junta in Uruguay. Verder zijn er alleen verschillen. Een vergelijking toont dat Erdogan en Mujica elkaars  tegenpolen zijn.
Liefdadigheid Mujica kwam onlangs in het nieuws omdat een maffe Arabier een miljoen dollar voor zijn auto bood. Heel bedrag voor een bijna dertig jaar oude Volkswagen, waarmee hij zijn driepotige hond Manuela vervoert. Het enige bijzondere van de kever is dat Mujica erin rijdt. Omdat Mujica bijzonder is. Hij accepteerde het bod, maar dat miljoen gaat naar liefdadigheidsinstellingen. José Mujica ten voeten uit. 90 procent van zijn inkomen doneert hij aan goede doelen. Wat overblijft is een normaal maandsalaris in Uruguay. Zeer onwaarschijnlijk dat Erdogan het daar voor zou doen. Zeker, zijn AKP doet ook aan liefdadigheid, maar sinds de ondertussen vakkundig in de doofpot gekieperde corruptieaffaire hangt daar een penetrante geur aan.
Sociaal beleid Mujica transformeerde van marxist tot pragmatist. Onder zijn bestuur kreeg Uruguay geen centraal geleide economie, maar wel een sociaal beleid waarin de wrange lessen van het neoliberalisme onder de militaire junta duidelijk herkenbaar zijn. Terwijl de economische groei in Turkije het laatste decennium gebaseerd was op een  snelle uitbreiding van binnenlandse consumptie, predikt Mujica tegen onverstandig consumeren. De staat bepaalt de prijzen van primaire levensmiddelen in Uruguay. Milton Friedmans ideologische erfgenamen gruwelen daarvan, maar het voorkomt problemen zoals het afgelopen jaar in Turkije, waar hogere voedselprijzen vooral de lager gesitueerde groepen troffen.
De economische groei in Uruguay staat met vier procent ongeveer gelijk aan die van Turkije, terwijl de prognose voor volgend jaar beter is. Uruguay bewijst zo dat een gelijkmatiger verdeling van rijkdom en economische vooruitgang elkaar niet hoeven te bijten.
Uiteraard laat Uruguay zich met zijn kleine inwonersaantal in economisch opzicht lastig vergelijken met het veel grotere Turkije. Een op sociaaleconomische gelijkheid gericht beleid kan echter overal worden ingezet. Het is daar waar Mujica slaagt en Erdogan het laat afweten. Krampachtig behoud van werkgelegenheid en fooien die de armoede al jaren niet verminderen mogen dan (samen met een zwakke oppositie) genoeg zijn voor verkiezingsoverwinningen, maar het is te weinig om een beleid voor sociaal door te laten gaan.
Cannabiswet Mujica baarde opzien met een liberale cannabiswet. In Uruguay produceert en verkoopt de staat marihuana. Voor een dollar per gram, met een maandelijks maximum van 40 gram. De staat houdt de blower wel in de gaten. Wie te veel rookt mag niet meer kopen. In Turkije is dit ondenkbaar. Daar maakt het zero tolerance drugsbeleid, wiet zo schaars en onbetaalbaar dat jongeren grijpen naar de goedkope, maar levensgevaarlijke drug ‘bonzai’, dat al verschillende dodelijke slachtoffers eiste.
Boerderij Geen paleis met 1000 kamers voor Mujica. Nadat hij in 2010 president was geworden gaf hij het presidentieel paleis in Montevideo een nieuwe bestemming, als onderkomen voor weeskinderen. Mujica verkoos de uiterst simpele boerderij van zijn vrouw als residentie.
Op de oprijlaan naar die boerderij staan twee wachten. Meer beveiliging is niet nodig, want Mujica is geliefd en Uruguay het veiligste land in Zuid-Amerika. En een vrij land. Mujica legaliseerde abortus (is legaal in Turkije, maar Erdogan zou het graag verbieden) en voerde het homohuwelijk in. Voorstellen over dat laatste in Turkije werden door de AKP-meerderheid weggestemd.
Op de wereldranglijst van Journalisten zonder grenzen over persvrijheid staat Uruguay op plaats 35. Net onder België, maar boven het Verenigd Koninkrijk. Turkije staat 154e, ergens tussen Rusland en Irak.
Corruptie? Zelfde verhaal. In Zuid-Amerika is nergens minder corruptie dan in Uruguay stelt Transparancy International. In 2013 plaatste deze organisatie Uruguay wereldwijd op de 19e plaats van de Corruption Perception Index. Turkije stond toen op de 53e  plaats. Sinds het einde van 2013 zou die positie veranderd kunnen zijn…
Armste president Bij staatsbezoeken zal Erdogan binnenkort gebruik maken van een aan zijn wensen aangepaste Airbus, met een prijskaartje van 185 miljoen dollar. Mujica vindt economy class genoeg luxe als hij vliegt. Door die sobere leefstijl wordt hij ‘de armste president ter wereld’ genoemd. Zelfs spreekt hij dat tegen. ‘Arme mensen zijn zij die nooit genoeg hebben, zegt hij verwijzend naar de Romeinse filosoof Seneca. Kortom, de rijkdom die Mujica in matigheid vindt, zoekt Erdogan in een gigantisch paleis. Hij noemt dat bouwwerk ‘noodzakelijk voor de reputatie van het land.’ De reputatie van Uruguay is onder Mujica gebaseerd op sociaal beleid. Een voorkeur voor een van beide laat ik over aan de smaak van de lezer.
Wie mijn reactie wil lezen op het rapport ‘Turkse islam. Actualisatie van kennis over Turkse religieuze stromingen en organisaties in Nederland’, dat aanleiding gaf tot de brief van minister Asscher aan de Kamer, en daarmee tot het vertrek van de twee PvdA-Kamerleden, kan dat hier vinden. 
Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (Uitgeverij EPO, Antwerpen, 2012).   Volg Peter Edel ook op Twitter.

Meer over:

opinie, wereld
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.