Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Waarom Sigrid Kaag waarschijnlijk nooit premier wordt

  •  
01-01-2022
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
2299 keer bekeken
  •  
37238388254_f6d2e9b1d9_k

© cc-foto: Ministerie van Buitenlandse Zaken

Als al een vrouw die positie krijgt zal dat vermoedelijk een VVD-lid zijn. Sophie Hermans bijvoorbeeld. Of Dilan Yeşilgöz.
Sigrid Kaag wil minister van Financiën worden omdat Nederland volgens haar ‘voor grote keuzes en investeringen staat’ en de rol van deze bewindspersoon daarbij ‘cruciaal’ is. Tegen dat laatste valt weinig in te brengen. Volgens sommigen ziet Kaag de post ook als een opstapje naar het premierschap. Maakt zij daarop enige kans?
Hoewel je in de politiek niet te snel ‘nooit’ moet zeggen, ligt het niet erg voor de hand dat er een kabinet-Kaag I in aantocht is. D66 heeft aanzienlijk minder zetels dan de VVD. Op dit moment bedraagt dat verschil tien. Het is onwaarschijnlijk dat de democraten hun achterstand ooit zullen inlopen. Geen enkele poll wijst erop dat ze dichterbij komen. Als er al een partij in staat moet worden geacht de VVD voorbij te streven, dan is dat eerder de PVV van Geert Wilders.
Nu weet ik ook wel dat de grootste partij niet per definitie de premier levert. Zoiets staat in geen enkele wet en de parlementaire geschiedenis is vol voorbeelden van leiders van kleinere fracties die het ambt bekleed hebben. Maar dat is toch al een behoorlijk lange tijd niet meer gebeurd. In 1971 werd Barend Biesheuvel minister-president in een vijfpartijenkabinet, hoewel zijn Anti-Revolutionaire Partij (later opgegaan in het CDA) binnen de coalitie lang niet de meeste Kamerzetels had. Maar daarna was het steeds de lijsttrekker van de grootste coalitiepartij, en sinds 1986 zelfs de nummer 1 van de grootste Tweede Kamerfractie überhaupt, die de regering mocht gaan leiden.
Misschien komt dat deels doordat een premier wat meer dan vroeger de regeringschef is. Weliswaar staat dat niet in zijn taakomschrijving, in de praktijk komt het er wel op neer. De premier zit niet alleen het kabinetsberaad voor (dat is nooit anders geweest), hij vertegenwoordigt Nederland ook steeds meer in het buitenland, onder meer op EU-toppen. Iedereen ziet hem (een vrouw heeft het tot dusver nog nooit tot premier geschopt) als ‘de baas van Nederland’, hoewel hij dat strikt genomen niet is.
Hoe dan ook: Kaag komt simpelweg niet in aanmerking om in de volgende regeerperiode het premierschap op te eisen. Als al een vrouw die positie krijgt zal dat vermoedelijk een VVD-lid zijn. Sophie Hermans bijvoorbeeld. Of Dilan Yeşilgöz. Al moet de mogelijkheid dat Mark Rutte gewoon aan zijn vijfde kabinet begint bepaald niet onderschat worden.
Kaag gaat dus een jaar of drie – want in 2025 zijn er alweer nieuwe verkiezingen – op Financiën zitten. Of dat verstandig is kun je je afvragen, want veel binding met dit beleidsterrein heeft ze nooit getoond. Haar kennis ervan zal dan ook niet overhouden.
Anderzijds kan ze natuurlijk ook groeien in haar werkzaamheden. Bovendien zijn ministers van Financiën vaak populaire bewindslieden. Om niet geheel duidelijke redenen hebben Nederlanders een zekere voorkeur voor strenge rekenmeesters, die draconisch bezuinigend goed op onze centjes passen. Dat gold voor Jeroen Dijsselbloem en Wim Kok (beiden PvdA), maar ook voor Onno Ruding (CDA) en Gerrit Zalm (VVD). Allemaal waren ze tamelijk populair.
Kok was overigens de laatste minister van Financiën die erin slaagde premier te worden. Ook vóór hem lukte dat niet al te veel politici. Bovendien is het al bijna dertig jaar geleden.
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.