D66: na Pechtold tijd voor een nieuwe koers

‘Het is tijd voor de nieuwe generatie.’ Dat zei Alexander Pechtold dit weekend op het D66-congres nadat hij bekendmaakte terug te treden als politiek leider van de partij. Reinier van Dantzig, fractievoorzitter D66 Amsterdam, en Gert Jan Geling, voorzitter van de thema-afdeling Samenleven, Migratie en Asiel van D66 waren zondag te gast in het tv-programma Buitenhof om te praten over die nieuwe generatie en hoe de toekomst van D66 er nu uitziet. Of uit zou móeten zien.

Volgens Geling is de timing van Pechtold in elk geval goed gekozen:

Volgens Dantzig is het, zoals Pechtold al zei, nu aan de nieuwe generatie om zich stevig in te zetten voor onderwerpen als klimaatverandering. Geling denkt echter dat de partij het breder moet zoeken. Volgens hem hebben D66-leden het afschaffen van het referendum ‘gevoeld’ en moet de partij zich meer richten op democratische vernieuwing. ‘Dat gaat niet alleen over referenda, maar over mensen zelfbeschikking geven in alle facetten in de samenleving en van hun eigen leven.’

Eerder in de uitzending besteedde ook Sheila Sitalsing in haar column aandacht aan het vertrek van Pechtold. Dat vertrek is in elk geval niet te vroeg, aldus Sitalsing, die het belang van stoppen op je hoogtepunt nog eens benadrukt. Die hoogtepunten waren er wel. Pechtold trad aan als lijsttrekker toen D66 op een historische 0 zetels in de peilingen stond en door velen al was afgeschreven. Pechtold wist de partij uit het slop te trekken en een nieuwe richting op te sturen: van een rebellenclub, naar een gematigde middenpartij. Met alle gevolgen van dien: