Tijdens de afgelopen verkiezingscampagne maakte CDA-leider Sybrand Buma zich onder meer hard voor nationale symbolen als het Wilhelmus, dat volgens hem dagelijks op scholen zou moeten worden gezongen. Maandagavond schoof hij aan bij Pauw om te pleiten voor ‘meer fatsoen’ en ‘minder geschreeuw’ in de politiek. Gevraagd naar de opmerkingen van zijn collega Raymond Knops, die
van mening is dat anti-Zwarte Piet-demonstranten ‘te veel ruimte krijgen’ en met hun protest de Nederlandse cultuur en tradities zouden aanvallen, stelde Buma een hekel te hebben aan ‘identiteitspolitiek’. Maar welke identiteitspolitiek zou hij daarmee bedoelen?